ACN college | terugblik
Op 13 juni ging ACN dieper in op de unieke ontwerpfilosofie achter Japanse architectuur, waar het spel met licht en schaduw, uniek gebruik van leegte en prachtig materiaalgebruik een grote rol in spelen. Birgit Jürgenhake, architect en docent aan TU Delft, introduceerde verschillende Japanse concepten en lichtte toe welke rol deze spelen binnen Japanse architectuur.
Foto's: Anne Hopman
Een belangrijk idee in de Japanse cultuur is ‘Ma’, het concept van de negatieve ruimte. Binnen de Japanse architectuur is dit terug te vinden in de tussenruimte, die fungeert als pauze of als contemplatieve leegte. “Denk bijvoorbeeld aan een lege kamer die niet gevuld is met meubels,” lichtte Jürgenhake toe. “Door het ontbreken van van voorwerpen in de ruimte ervaar je deze op een heel andere manier, omdat er niets is dat je aandacht afleidt van de ruimte zelf. Ma staat voor de zonnestraal die binnendringt door de spleet van de openstaande deur en de lege ruimte vult met energie.”
Waardevoller als het verborgen is
Een ander belangrijk concept is ‘Oku’, dat verwijst naar het binnenste, naar iets dat verborgen is.
In de Japanse architectuur keert dit vooral terug in de gelaagdheid van gebouwen, die zich niet blootgeven bij de eerste blik. Hiermee verbonden is het concept ‘engawa’, de relatie tussen binnen en buiten. Ook lichtte Jürgenhake het concept ‘Wabi Sabi’ toe: Wabi betekent eenvoud en bescheidenheid, terwijl Sabi staat voor het vinden van schoonheid in vergankelijkheid.
Ze illustreerde deze concepten met het verhaal over haar bezoek aan het Teshima Art Museum, ontworpen door architect Ryue Nishizawa. “Je moet een weg afleggen om er te komen: na een boottocht en een boswandeling bereik je het gebouw, maar dan mag je nog niet direct naar binnen: je moet eerst op een bankje zitten om je schoenen uit te doen. Pas daarna ga je het museum binnen, waar een indrukwekkende ervaring op je wacht in een ruimte waar natuur en architectuur intiem met elkaar verbonden zijn.”
Bosbaden
Na afloop van het college was er ruimte voor vragen. Wat kunnen we in het dichtbebouwde Nederland bijvoorbeeld leren van Japanse architectuur? “De Japanse cultuur is totaal verschillend van de Nederlandse cultuur. Zo is de Japanner vele malen stiller dan de gemiddelde Nederlander, wat het dicht op elkaar samenleven makkelijker maakt.” Ook gaf Jürgenhake voorbeelden van kleine rustplekken in de Japanse gebouwde omgeving, waar een bankje staat of een kleine tempel is gebouwd - plekken om even stil te kunnen staan in de dagelijkse hectiek. Dat hier ook in Nederland behoefte aan is illustreerde ze met het Rotterdamse project Rust in de reuring, gericht op rustlocaties in de stad.
Daarnaast stipte ze aan dat voor Japanners de woning niet ophoudt bij de grenzen van het eigen huis, omdat ook de openbare ruimte bewoond wordt - door bijvoorbeeld meer buiten te verblijven, of kort in tempels. Zo vertelde Jürgenhake over het ‘bosbaden’, het onderdompelen van jezelf in de natuur als remedie tegen stress en burn-outs.
Ook ging ze dieper in op de Michi no eki, een rustplek die langs talloze Japanse (snel)wegen te vinden is waar reizigers even iets kunnen eten of naar het toilet kunnen. Het is ook een plek waar ongedwongen ontmoetingen met anderen plaatsvinden. In Groningen is enkele jaren geleden een soortgelijke plek gebouwd, geïnspireerd op deze Japanse pleisterplaatsen, waar wijkbewoners elkaar ontmoeten. “In Nederland hebben we een gigantisch probleem wat betreft eenzaamheid, dat door de vergrijzing alleen maar toe zal nemen. Het ontmoeten van anderen werkt goed tegen eenzaamheid, dus op dat gebied kunnen we veel leren van Japan - zowel wat betreft woningbouw als de inrichting van de openbare ruimte.”
Comments